De inflatie in de eurozone is gevaarlijk laag en als het aan ECB-president Mario Draghi ligt, is de geldpers wel degelijk een middel om te voorkomen dat de eurozone in diepe stagnatie geraakt.
Eén van de belangrijkste vragen waar financiële markten in de eerste maanden van 2015 mee worstelen, is het beleid van de Europese Centrale Bank (ECB). Eind 2014 kondigde ECB-president Mario Draghi aan niet uit te sluiten dat de centrale bank vers geld in de economie gaat pompen door staatsobligaties van eurolanden op te kopen.
Dit laatste is tegen het zere been van Duitsland. Want veel politici en economen in Duitsland vinden het principieel verkeerd om de geldpers te gebruiken als middel om de kredietverlening te stimuleren en de economie aan te jagen. Zij vrezen bovendien dat eurolanden die hun begroting niet op orde hebben, op deze manier te makkelijk geholpen worden en zullen talmen met pijnlijke ingrepen.
ECB kijkt naar opkopen staatspapier
Maar Draghi heeft al duidelijk gemaakt niet te streven naar unanimiteit in het bestuur van de ECB. Desnoods wil hij ‘quantative easing’, ofwel monetaire verruiming, zonder steun van de Duitsers in gang zetten. De Italiaan ziet in niets doen een veel groter gevaar en vreest dat de eurozone belandt in een langdurige periode van gebrekkige economische groei en wellicht dalende prijzen en lonen.
Belangrijke vraag bij dit alles is, hoe zo’n opkoopprogramma van staatsobligaties – waarmee dus ook marktrentes worden gedrukt – eruit zou zien. Volgens Het Financieele Dagblad, dat zich baseert op ‘bronnen die bekend zijn met de beraadslagingen bij de ECB’ doen drie scenario’s de ronde.
Welke schulden kan ECB kopen?
Eerste variant is dat de ECB staatsschulden opkoopt naar rato van het aandeel van centrale banken bij de Europese Centrale Bank. Voor Nederland gaat het om een aandeel van 5,6 procent. Dus voor elke 100 miljard aan staatsobligaties, zou de ECB voor 5,6 miljard euro Nederlands staatspapier uit de markt halen met vers geld.
Tweede optie is om alleen staatspapier te kopen van landen met een AAA-rating bij kredietbeoordelaars. Vraag is dan wel bij welke kredietbeoordelaar? Want alleen Duitsland en Luxemburg hebben bij alle grote kredietbeoordelaars de hoogste AAA-beoordeling. Nederland en Finland hebben daarentegen geen AAA-rating meer bij bureau Standard & Poor's , maar nog wel bij Moody's.
Hoe het ook zij, met het opkopen van staatspapier van AAA-landen, zou tegemoet gekomen kunnen worden aan kritiek van Noordelijke eurolanden zoals Duitsland en Nederland. Zij willen zo min mogelijk risico lopen op staatsschuld van 'zwakke' eurolanden. Zeker in het licht van een mogelijke nieuwe crisis in Griekenland, is dit argument weer actueel.
Door de rentes van de sterkste eurolanden nog verder omlaag te duwen, komt er wel geld vrij voor investeringen in risicovollere schulden, waaronder leningen aan bedrijven en consumenten, zo is de gedachte.
Derde optie die het FD noemt, is dat nationale centrale banken staatsschuld van hun eigen land opkopen. Technisch betekent dit dat de risico's hiervan bij de individuele landen komen te liggen. Maar in de praktijk is het wel zo dat centrale banken van de eurozone elkaar onderling steunen.
Dit artikel is oorspronkelijk verschenen op z24.nl